Elk van die kudden stelde hij onder het toezicht van een knecht, en hij gaf de knechten opdracht om voor hem uit te trekken en tussen de verschillende kudden een ruime afstand te laten. Tegen de eerste knecht zei hij:

‘Als je mijn broer Esau tegenkomt en hij vraagt je bij wie je hoort en waar je heen gaat, en van wie de dieren zijn die je voor je uit drijft, dan moet je zeggen:

“Ik hoor bij uw dienaar Jakob, en dit is een geschenk dat bestemd is voor zijn heer, voor Esau. Jakob zelf komt achter ons aan.”’ Ook de tweede en de derde knecht en alle verdere knechten die hij met de kudden meestuurde droeg hij dit op. ‘Jullie moeten precies hetzelfde tegen Esau zeggen als jullie hem tegenkomen,’ zei hij. ‘En vergeet vooral niet te zeggen:

“Uw dienaar Jakob zelf komt achter ons aan.”’ Hij dacht namelijk:

Ik zal proberen Esau mild te stemmen met het geschenk dat ik vooruitstuur; pas daarna durf ik hem zelf onder ogen te komen, misschien is hij dan bereid mij welwillend te ontvangen. Zo ging het geschenk voor hem uit, maar zelf bleef hij die nacht nog in het tentenkamp.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Genesis 36:20-30 Nakomelingen van Esau 2
Genesis 31:31-42 Jakob bij Laban 9
Genesis 29:15-30 Jakob bij Laban 2
Genesis 26:1-11 Isaak en Rebekka in Gerar 1
Genesis 50:22-26 Jozefs dood
Genesis 24:15-30 Een vrouw voor Isaak 2
Genesis 12:10-20-13:1 Abram en Sarai in Egypte
Genesis 15:12-21 Abrams visioen 2
Genesis 28:1-9 Jakob ontneemt Esau de zegen 5
Genesis 39:1-8 Jozef en de vrouw van Potifar 1
Genesis 24:45-57 Een vrouw voor Isaak 4
Genesis 33:12-17 Jakob oog in oog met Esau 5
Genesis 22:20-24 Nakomelingen van Nachor
Genesis 18:23-33 Sodom en Gomorra 3
Genesis 24:58-67 Een vrouw voor Isaak 5
Genesis 38:15-23 Juda en Tamar 2
Genesis 30:1-18 Jakob bij Laban 4
Genesis 21:14-21 Isaak en Ismaël 2
Genesis 34:25-31 Dina en Sichem 4
Genesis 3:14-24 De tuin van Eden 4
Genesis 9:1-17 Noach 6
Genesis 23:10-20 Koop van een familiegraf 2
Genesis 3:1-13 De tuin van Eden 3
Genesis 25:12-18 Nakomelingen van Ismaël
Genesis 8:1-14 Noach 4
Genesis 35:1-15 Jakob opnieuw in Betel 1
Genesis 22:1-14 Abraham op de proef gesteld 1
Genesis 17:1-14 Verbond tussen God en Abram 1
Genesis 34:13-24 Dina en Sichem 3
Genesis 50:15-21 Jakobs levenseinde 7
Genesis 4:1-16 Adams zonen 1
Genesis 18:16-22 Sodom en Gomorra 2
Genesis 10:21-32 Nakomelingen van Noachs zonen 2
Genesis 24:31-44 Een vrouw voor Isaak 3
Genesis 19:15-26 Sodom en Gomorra 5
Genesis 44:1-13 Jozefs broers opnieuw in Egypte 4
Genesis 11:27-32 Terach
Genesis 30:19-32 Jakob bij Laban 5
Genesis 20:8-18 Abraham en Sara bij Abimelech 2
Genesis 25:1-11 Abrahams levenseinde
Genesis 41:1-16 De droom van de farao 1
Genesis 31:43-54-32:1 Jakob bij Laban 10
Genesis 49:1-15 Jakobs levenseinde 4
Genesis 19:27-38 Sodom en Gomorra 6
Genesis 19:1-14 Sodom en Gomorra 4
Genesis 14:14-24 Lot door Abram bevrijd 2
Genesis 28:10-22 Jakobs droom in Betel
Genesis 36:31-43 Nakomelingen van Esau 3
Genesis 27:34-46 Jakob ontneemt Esau de zegen 4
Genesis 27:20-33 Jakob ontneemt Esau de zegen 3
Genesis 16:1-16 De geboorte van Ismaël
Genesis 1:20-31 De schepping van hemel en Aarde 2
Genesis 32:23-33 Jakob oog in oog met Esau 3
Genesis 29:1-14 Jakob bij Laban 1
Genesis 35:16-29 Jakob opnieuw in Betel 2
Genesis 25:19-34 Jakob en Esau
Genesis 22:15-19 Abraham op de proef gesteld 2
Genesis 47:28-31 Jakobs levenseinde 1
Genesis 43:15-25 Jozefs broers opnieuw in Egypte 2
Genesis 29:31-35 Jakob bij Laban 3
Genesis 44:14-23 Jozefs broers opnieuw in Egypte 5
Genesis 47:1-14 Jakob met al zijn nakomelingen naa...
Genesis 41:34-46 De droom van de farao 3
Genesis 43:1-14 Jozefs broers opnieuw in Egypte 1
Genesis 42:29-38 Jozefs broers in Egypte 3
Genesis 14:1-13 Lot door Abram bevrijd 1
Genesis 21:1-13 Isaak en Ismaël 1
Genesis 24:1-14 Een vrouw voor Isaak 1
Genesis 39:21-23 De dromen van schenker en bakker ...
Genesis 26:23-33 Isaak en Rebekka in Gerar 3
0Shares